Van pleister tot kunstnier
De oorsprong van onze medische verworvenheden
- Auteur
-
Marten Dooper
- Uitvoering
- Paperback
- Genre
- Wetenschappelijk
- Prijs
- € 19 ,99
- Verzending
- Gratis verzending in Nederland en België
- Levertijd
-
Twee tot vijf werkdagen
(Nederland en België) (Past door brievenbus)
Samenvatting
Over de auteur
Marten Dooper (Kerkrade, 1961) studeerde biologie/biochemie aan de Katholieke Universiteit Nijmegen. Hij promoveerde tot doctor in de geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen op een onderzoek naar biochemische mechanismen die een rol spelen bij astma. Daarna, halverwege de jaren negentig, verlegde hij zijn aandacht van het doen van medische wetenschappelijk onderzoek naar het - freelance - schrijven over medisch wetenschappelijk onderzoek voor medische vakbladen en in de lekenpers, zoals diverse dagbladen. Dat laatste leidde naast artikelen over actuele medische ontwikkelingen ook tot series van artikelen met een historische inslag. Ook schreef hij boeken als Reuma, bestaat dat nog? (2010) waarin experts vertellen over de medische vooruitgang op het gebied van reumatische ziekten, en [Hersen]werk in uitvoering (2013), waarin psychologen vertellen over hun onderzoek naar de werking van onze hersenen.
Productinformatie
- ISBN
- 9789464036084 / 978-94-640-3608-4
- Uitgeverij
- Boekscout
- Verschijning
- 02-10-2020
- Taal
- Nederlands
- Genre
- Wetenschappelijk
- Uitvoering
- Paperback
- Pagina's
- 138
- Formaat
- 12,5 x 20 cm
- Illustraties
- Nee
Inkijk
De Britse schrijfster Fanny Burney (1776-1840) en haar man verblijven in 1811 in Parijs als zij op gegeven moment pijn in haar borst voelt. De Burneys hebben goede contacten met de hofhouding van keizer Napoleon Bonaparte en de hofartsen nemen Fanny onder hun hoede. Ze constateren borstkanker en op 20 september 1811gaat Fanny onder het mes. Napoleons eigen lijfarts, Dominique-Jean Larrey – een zeer kundig chirurg en tevens de uitvinder van de ambulance – voert de operatie uit. Een klein jaar later beschrijft Fanny deze gebeurtenis in een brief aan haar zus Esther.
“Dokter Dubois legde me op het bed en spreidde een zakdoek over mijn gezicht. Die was echter doorschijnend en ik zag rond het bed zeven mannen en mijn verpleegster staan. Ik zei dat ik niet vastgehouden hoefde te worden. Ik zag door de zakdoek heen de glans van het gepolijste staal en sloot mijn ogen. Toen het vreselijke staal in de borst werd gedrukt – snijdend door aderen, slagaderen, vlees en zenuwen – had ik geen aanmoediging nodig mijn geschreeuw de vrije loop te laten. Ik begon met een schreeuw die onafgebroken aanhield gedurende het snijden. […] Toen het instrument teruggetrokken werd nam de pijn niet af want de lucht die plotseling binnenstroomde in deze gevoelige delen voelde aan als een verzameling minuscule, maar scherpe en gekartelde dolken. Ik meende dat de operatie klaar zou zijn. O nee! Het vreselijke gehak begon opnieuw – en erger dan daarvoor – om de bodem van deze vreselijke klier te scheiden van de delen waaraan hij vastzit. Opnieuw zou iedere beschrijving verbijsterend zijn. En nog was het niet voorbij. O hemel! Ik voelde het mes over mijn borstbeen schrapen.”
Ondanks deze - naar moderne maatstaven - haast onmenselijke ervaring mag Fanny van geluk spreken. Mede door de kundigheid van Larrey overleeft zij de ingreep en kan ze in 1812 naar haar geboorteland terugkeren. Anderzijds heeft ze pech. Was haar dit overkomen aan de andere kant van de wereld - om precies te zijn in het Japanse Hirayama - dan was haar veel leed bespaard gebleven. Op 13 oktober 1804, bijna zeven jaar voor de operatie bij Fanny, beleeft de zestigjarige Kan Aiya daar namelijk een wereldprimeur. Zij is de eerste vrouw bij wie - met succes - een borsttumor wordt verwijderd onder algehele narcose.
Reviews
Er zijn nog geen reviews over dit boek