Rond acht uur kwamen alle nieuwbakken verpleegsters en één verpleger op de grote markt samen, in den Ouden Duvel. Ontlading en emotie, blijdschap en opluchting maakten plaats voor dankbaarheid en toekomstplannen.
De tweeling uit Wolfend wilde zo vlug mogelijk samen naar Afrika. De meeste anderen waren reeds bezig met solliciteren in diverse ziekenhuizen. Enkel Lise zou nog een half jaar praktijk en ervaring opdoen in het Nederlandse Breda.
Het werd een gezellige boel met leuke anekdotes over leerkrachten maar ook over de rare grillen van patiënten. Met veel lawaai werd de deur opengegooid door een zestal studenten die aan de toog plaats namen. In het verste hoekje van haar gezichtsveld herkende ze haar zus.
Lise schoot recht en stapte kordaat naar de andere kant van de zaak. Ze werd herkend en: ‘Kijk eens jongens, daar is ons Liezeke!’ was haar verwelkoming.
‘Ik dacht dat jij nog examens had?’ vroeg Lise, die goed zag dat haar zus dronken was. ‘Examens, examens, wat is da?’ lachte Lotte samen met heel haar gezelschap.
‘Ben je bij ons moeder geweest?’ wou Lise weten.
‘Aa, nee… want ik heb nog examens!’ maakte dat haar gezelschap juichte en applaudisseerde.
Lise vertrok terug naar haar vrienden maar werd gevolgd door heel de Leuvense kliek.
‘Ik wil mijn grote zus feliciteren met haar fantastische diploma als bedpan specialiste. Ze haalde ook de allergrootste onderscheiding in thermometerkunde, lavement zetten en darmen spoelen.’
Dit had weer een overgroot succes bij haar groepje. Ze voelde zich op dreef en deed er nog een paar schepjes bovenop. ‘En, niet te vergeten, volgende week vertrekt mijn allerschattigste grote zus voor zes maanden naar de Keeskopkes om te leren pillen tellen… bloeddruk meten, billen schrobben en... gatten wassen! Het echte werk dus!’ Applaus, gelach en gejoel gaf haar extra inspiratie: ‘Maar... lieve mensen, zonder de fantastische zorgen van dit legioen der witte preuten, dat alleen tot doel heeft om zo vlug mogelijk nen doktoor te neuken...’
‘Godverdomme Lotte, als ik je hier nu keihard tegen de grond mep, dan zullen al deze witte preuten je hier heel graag voor dood achterlaten!’ klonk het plots.