Filosoferen gaat traag, is grondig en moet redelijk zijn. Een gedicht kan plots ontstaan. Of traag rijpen. Poëzie moet niets. Het kan een luchtig woordenspel zijn. Of over de moeilijk te definiëren zin van ons leven gaan.
Ik ben pas tevreden over een gedicht als het een soepele vorm heeft en toch weerbarstig is. Als het helder van toon is maar het inhoudelijk ook voor mij een raadsel is. Ik wil dat een gedicht mij verrast en gaat over iets dat ik niet helemaal begrijp. Dat is volgens mij een essentie van het leven.
We weten ontzettend veel, maar alleen de details en wat tastbaar is. Ik ben blij als ik met woorden rakelings langs het onvatbare kan scheren. En, en passant, rakelings langs u.
HET ZOETE GIF VAN GEMIS
's morgens zit je in de geur van verse koffie en sta je
dromerig in elke deuropening van dit verlaten huis
in de namiddag herken ik je rug aan het eind van elke straat
je praat afwezig tegen anderen in elke telefoon die overgaat
’s avonds is het altijd herfst als je lippen lispelen in de wind
en als je in bed ligt met alle mannen die ik ken
soms is het kort gemis als je gezicht puntvormig voorbij flitst
meestal is het uitgerekt tot de streep waarmee je mij hebt uitgeveegd
altijd spuit je traag en trefzeker het zoete gif van gemis
onder mijn vel zoals men slagroom spuit op taarten
in de vorm van cijfers die verwijzen naar peilloos zinken
in fraaie lemniscaten waar ik nooit meer uit zal raken
Ksaf Vandeputte is een laatbloeier. Hij is onnoemelijk oud. Hij heeft veel rondgezworven, had vele relaties, jobs en vriendschappen, en schreef honderden gedichten, verhalen en romanfragmenten. Maar hij werkte bijna nooit iets af. Uit luiheid en omdat er weinig tijd was, maar achteraf gezien, eerlijk gezegd vooral uit onzekerheid. Hij had vele jaren nodig om te beseffen dat hij pas als hij stil op een stoel bleef zitten, goeie teksten maakte. Maar dan echt goeie. Zijn probleem is nu eerder bescheiden te blijven. Hij zit bovenop een goudmijn aan materiaal. Nee, zijn probleem is nu eerder om te blijven zitten.
|