Voorkant
Voorkant cover
Achterkant
Achterkant cover

Tabee, mijn geliefd tropenland.
Hoe een jong zendingsgezin werkt en leeft in Nederlands-Indië

Auteur

Jan Wieringa

Uitvoering
Paperback
Genre
Romans
Prijs
22 ,50
Verzending
Gratis verzending in Nederland en België
Levertijd
Twee tot vijf werkdagen
(Nederland en België) (Past door brievenbus)

Samenvatting

Tabee, mijn geliefd tropenland vertelt het verhaal van een jong zendingsgezin dat als letterlijke en figuurlijke bruggenbouwers in primitieve omstandigheden in Nederlands-Indië de verschillen in godsdienst en cultuur moet zien te overbruggen. Het onderliggende spanningsveld wordt gevoed door twee soms totaal verschillende culturen. De impact van de gedwongen keuzes die gemaakt moeten worden en de daarmee samenhangende tragedie van het losgescheurd worden van alles wat je dierbaar en lief is wordt op een indringende wijze beschreven.
Feit en fictie loopt door elkaar heen in het historische perspectief van Nederlands-Indië in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw.

Over de auteur

Jan Wieringa (1950) woont samen met zijn vrouw in Wehe den Hoorn, in het noorden van de provincie Groningen. Tot aan zijn pensionering was hij werkzaam als bedrijfsmaatschappelijk werker.
Zijn moeder (een van de personages in Tabee, mijn geliefd tropenland) speelt een belangrijke rol bij het tot stand komen van deze roman. Na haar overlijden kreeg de schrijver de handgeschreven aantekeningen van zijn opa en oma. In deze aantekeningen beschrijven zij het leven en werken op Halmahera één van de eilanden van de Noord Molukken. De aantekeningen vormen de basis van deel drie van de trilogie over het wonen en werken in het voormalige Nederlands-Indië.

Productinformatie

ISBN
9789464315585 / 978-94-643-1558-5
Uitgeverij
Boekscout
Verschijning
02-07-2021
Taal
Nederlands

Genre
Romans

Uitvoering
Paperback
Pagina's
230
Formaat
16 x 24 cm
Illustraties
Ja

Inkijk

De kust rond Bidoho is moeilijk bevaarbaar.
De kleine prauwen lijken vandaag een speelbal van de overweldigende natuur. De bootjes hebben de grootste moeite om aan land te komen. Een hevige golfslag en de branding die de rotsachtige kust teisteren, maken het aan land gaan tot een hachelijke en gevaarlijke onderneming.
Het eerste bootje dat vlak voor de prauw van Jan vaart, wordt wild heen en weer geslingerd.
Jan ziet dat de kust gevaarlijk snel nadert. Het bootje voor hem lijkt weerloos te zijn geworden in de golven. De schrik slaat Jan om het hart wanneer een hoge golf de prauw voor hen meesleurt richting de rotsen.
Jan durft bijna niet te kijken, naar het ogenschijnlijk onafwendbare tafereel. De afloop kan alleen maar fataal zijn.
Zelfs in het donderende geraas van de branding is de harde klap te horen die het bootje maakt tegen de rotswand. De drie mannen die er in zitten, worden tegen de rotsen aan gekwakt en in de woeste branding teruggeworpen.
‘O mijn God’, roept Jan hardop uit. Hij slaat zijn ene hand voor zijn gezicht terwijl hij zich met zijn andere hand krampachtig probeert vast te houden.
Er is even later geen teken van leven te bespeuren, alleen losse stukken hout van de prauw en een deel van de lading die het vervoerde.
Wat kunnen we doen? Zijn de drie mannen nog in leven? Kunnen we ze redden? Het zijn gedachten die door Jan zijn hoofd schieten.

Uw email wordt enkel gebruikt voor overleg over de betreffende review

Wordt getoond bij de review

Er zijn nog geen reviews over dit boek