Recensie
Kortgeleden trof ik in mijn brievenbus de nieuwste verhalenbundel aan van Carl Stellweg met de intrigerende titel ‘De blonde varaan’. Mijn wenkbrauwen gingen fronsend naar beneden. Wat zou de auteur bedoelen? Het exotische dier is een onbekend reptiel in onze contreien. De enige die ik ooit in een documentaire zag, was de komodovaraan, een angstaanjagende, meterslange hagedis uit de oertijd, die alleen op beperkte schaal in Indonesië leeft.
De enige varaan die ik in een titel ken, is die van een stripverhaal in de Suske en Wiske reeks, ‘De nare varaan’ in de rol van betoverende prins.
Varanen zijn, zo lees ik bij Wikipedia, koudbloedig, adoreren de zon, hebben een gespleten tong, en zijn lenig, snel en bijzonder sluw. Volgens de achterflap is de varaan uit het titelverhaal een ‘gevreesd, verscheurd, maar ook diep bemind tienermeisje’.
Ook de andere verhalen gaan over de zielenroerselen van de jeugd. Nu kunnen boeken, films of tv-series over pubers en hun zoektocht naar zichzelf en de zin van het leven, hun eerste stappen op het onvoorspelbare pad van de liefde en de seksualiteit, me zelden bekoren. Amerikaanse high school movies als ‘Grease’ en ‘The Breakfast Club’, of recente Spaanse series als ‘Elite’ of ‘Gossip Girl’ zitten vol clichés en drama queens en zijn aan mij niet besteed.
Stellweg loopt gelukkig met een grote boog om deze valkuilen heen. Dat blijkt al in het eerste verhaal over Stuurvrouw, lerares geschiedenis, die zo genoemd wordt omdat ze is getrouwd met leraar Stuurman. De ik-persoon heeft gevoelens voor haar en het wordt al snel duidelijk waarom. Ze is weliswaar klein van stuk, maar is een ongewoon mooie vrouw, als Liz Taylor in de bloei van haar leven. Ze had ‘sierlijke, volle lippen, die altijd iets van spot leken uit te drukken, hoge jukbeenderen, een fraai gewelfd voorhoofd en een delicate, wat spits toelopende kin’. Ze had een voorkeur voor ‘wijd uitstaande jurken in zuurstokkleurtjes, met een strik op schouder of achterwerk’. Ze droeg graag schoenen met hoge hakken en haar diep uitgesneden decolleté bood uitzicht op de omtrekken van haar volle borsten. Vaak zat ze op haar podiumpje voorin de klas en in haar stem klonk een vanzelfsprekende autoriteit door. ‘Stuurvrouw was een amazone die ons bereed met een kalme, zekere hand’.
De hoofdpersoon in het verhaal gooit er met de pet naar wat betreft zijn huiswerk, maar hij hoopt, nee vertrouwt erop, dat zijn lerares hem wel coulant zal behandelen, doordat hij de indruk heeft dat hij bij haar wel een potje kan breken. Of dat ook zo is? Dat ga ik hier natuurlijk niet verklappen.
Het tweede verhaal kon me, naarmate het vorderde, wat minder bekoren. Het gaat over scholieren die een rockband beginnen en waarvan de man op keyboards naar de naam Carl Stellweg luistert. Hij is de initiatiefnemer en schrijft ook songteksten, die de andere leden van de band boven de pet gaan. Vermakelijk, maar te ver uitgesponnen, naar mijn smaak.
‘De kleine mannen’ daarentegen zoog me helemaal in het verhaal, in de kneuterigheid van een Brabants dorp, de karakterisering van de relatie tussen Jaap en Marijke, de spruitjeslucht van het gezin van Marijke’s ouders. Ook hier weet Stellweg de enscenering van het verhaal treffend te beschrijven en komen zijn dialogen waarachtig over.
Met de ‘de blonde varaan’ geeft hij gehoor aan de aanbeveling ‘Save the best for last’. Terecht is dit de uitsmijter van deze bundel. Het heeft een goede spanningsboog en ik heb het nagelbijtend gelezen. Over een non-conformistische jongeling van veertien jaar, een verlegen man in een jongenslichaam, een slome duikelaar die in de klas zit met een mysterieuze blondine die toenadering tot hem zoekt. Zijn vrienden noemen haar een ‘lekker ding’, maar ook ‘aanstelster’. Ze zou hebben deelgenomen aan duistere ‘spelletjes’, verboden experimenten, zo werd gefluisterd.
In beeldend taalgebruik werkt Stellweg, tergend langzaam, naar de climax toe. Met bijna sadistisch genoegen werpt hij de lezer kruimels informatie toe. Hij schrijft zinnelijk, maar tevens subtiel, en op een omfloerste manier over seksuele gevoelens, verlangens en handelingen tussen de prille geliefden. Een zinderend zomerverhaal.
De blonde varaan is een lichtvoetig boek geworden waarin veel drama schuilt. Stellweg is erin geslaagd de thema’s uit de overgangsfase van adolescentie naar volwassenheid op te dienen in een smakelijk proza vermengd met goed gedoseerde porties ironie en Engels aandoende droge humor. Diverse personages blijven me ook na het dichtslaan van het boek bij. Zo zou ik lerares ‘Liz Taylor’ en de verleidelijke femme fatale in de dop wel eens willen ontmoeten.