Brieven uit de Veen

In Brieven uit de Veen zijn een aantal columns gebundeld van Flores. Deze columns zijn een eeuw geleden geschreven. De schrijver kijkt met een kritisch oog naar het Roelofarendsveen van zijn tijd. Hij beziet de komst van de elektriciteit, de spoorwegen, maar beschrijft ook het veilingwezen in het dorp en breekt een lans voor nieuwe ontwikkelingen. De Brieven uit de Veen – die destijds verschenen in De Leidsche Courant - geven een interessante kijk op het destijds toch wel wat gesloten Zuidhollandse tuindersdorp.

Hans van der Wereld (Hoogmade, 1947) heeft de eervolle taak gehad de columns van Flores te bundelen. Hij is historicus met een speciale belangstelling voor de kerkelijke geschiedenis van het gebied rondom het Braassemermeer. Over dit onderwerp heeft hij al meerdere publicaties op zijn naam staan. Zijn meest recente werk op dat terrein is Hoe Hoogmade kerkelijk onder dak kwam, dat in 2006 verscheen. Bij Boekscout.nl verscheen in 2008 Breng het maar naar de veldwachter, in 2011 kwam zijn boek Narigheid in de heerlijkheid uit en in 2012 het boek Devotelyck naer Kevelaer.

Het wordt mij te ernstig en ik vertel nu liever iets over ons festival – hoort u de muziek reeds? Hoewel onze feestcommissie weinig van zich doet horen, is het toch merkbaar dat zij volijverig met haar werk voortgaat. Ik kan dan al weer het een en ander vertellen. Veel maatregelen zijn reeds getroffen of zijn in voorbereiding. Vast staat echter, dat de wielrijdersvereniging Het Stalen Ros zich heeft bereid verklaard, voor berging te zorgen van al de duizenden stalen rossen, die wij verwachten. Een uitstekend idee, die samenwerking. Uitgaan met het denkbeeld: mijn stalen vriend kon wel eens in die drukte ‘gemoerd’ worden, is niet prettig. Maar een bewaakte stal is voor uw paard. Laat gerust alle gedachte aan verlies varen. Onze rijwielvereniging neemt al die zorgen van uw schouders.

De feestcommissie, hoe ijverig ook, kan niet in alles voorzien en zo is er fluks een versieringscommissie in het leven geroepen, die terstond aan het werk toog voor het ontwerpen en tot stand brengen van een reuzenversiering van het terrein. Het zal er uitzien als in een verhaal uit Duizend en een nacht. Fabelachtig mooi zal het zijn en een verlichting door elektriciteit, waarbij duizend kaarsen lichtsterkte minder of meer niet eens in aanmerking komt. Het zal glorieus zijn. Een tent komt er ook, 40 meter lang. Welke pretjes deze zal bergen, heeft men ook voor mij verborgen gehouden. Dat wordt zeker de clou. Komt dus zien!

Nu doen verschillende geruchten de ronde, dat men diep in zijn geldbeurs zal moeten tasten om al die heerlijkheden voor oog en oor te genieten. Maar dat zijn zwartkijkers en deze zullen in het ongelijk geraken. Een dagbewijs van 50 cent of voor twee dagen 75 cent. Verder zullen te verkrijgen zijn (bewonder hier de verziende blik van de feestcommissie) kaarten 14 dagen te voren, dus vanaf 6 september, voor een dag 40, voor twee dagen 60 cent en kinderen nog minder. Die kaarten worden verkrijgbaar gesteld bij de boekhandel alhier. Dus u ziet, dat het voor een groot feest nogal losloopt. Nader zullen advertenties u wel inlichten. Hierbij moet ik het laten, tot er weer plannen zijn rijp voor de openbaring.