Het clubleven domineert in Australië het sociale verkeer. We gaan er 'ns fijn voor zitten. De 'meatraffle' is een soort bingo zonder letters. De voorzitter van de golfclub, zó spatjes-loos dat ik 'm ervan verdenk dat hij tijdens de bestuursvergaderingen gewoon z'n bretels naar beneden laat hangen, trekt elektronisch een nummer. Ergens in de zaal begint een lid dan opgeruimd met z'n lot te zwaaien. De prijs: een bonk vlees, of een duo geplukte kippen, ter beschikking gesteld door de plaatselijke slager. Het gelukkige lid stapt na de inontvangstname terug naar z'n tafeltje, begeleid door instemmend gemurmel van de medeleden, die het woord 'afgunst' niet eens kènnen.
Tussen de trekkingen door lopen de leden van tafel naar tafel, en nemen met elkaar de afgelopen week door. Stefanie gaat even aan de rooktafel zitten en wordt onmiddellijk in het gezelschap opgenomen doordat ze de uitkomst moet raden van een rauw, rond het vrouwelijk geslachtsorgaan gebouwd raadsel. Ze neemt geen blad voor de mond, bewijzend dat haar Engels meerdere niveaus beslaat, en passeert glansrijk de ballotage. Binnen de kortste keren zitten we met Jan en Alleman te babbelen. De jaren vijftig in de 21e eeuw. Wat zijn we toch veel kwijtgeraakt, in ons supersnelle Europa.