Samenvatting
Nachtverlichting is een avonturenroman, waarin de hoofdpersoon merkt dat de scheidslijn tussen werkelijkheid en fictie zeer dun is. Ze wordt meegenomen op een spirituele tijdreis waarin ze diverse avonturen beleeft. Door dromen en gedachtekracht maken de hoofdpersonen een grote ontwikkeling door. Alles wordt beschreven op een zeer duidelijke wijze met een aangename schrijfstijl die je makkelijk meevoert. Daardoor val je van de ene in de andere verbazing, maar blijf je steeds geïntrigeerd. Nachtverlichting is een schitterend vervoerend boek waar je nog lang als lezer over na zult denken.
Over de auteur
Augusta Nijzing is van jongs af aan geïnteresseerd geweest in godsdienst en spiritualiteit. Op de dag dat haar verteld werd dat Sinterklaas niet bestaat, begon ook haar geloof in God te wankelen. Een levenslange zoektocht naar de antwoorden op haar vragen en ‘De Waarheid’ begon. Dit boekje is een neerslag van die speurtocht.
Inkijk
Hij voelde in één van de binnenzakken van zijn jas en haalde een doorweekt vodje papier tevoorschijn. Hij kon wel huilen van narigheid.
"Geef nooit op wat belangrijk voor je is", zei de stem weer. "Wanneer je weet wat er in de brief stond, kun je het nieuws daaruit ook zelf aan de ontvangers vertellen."
"Ja dat is wel waar, maar zal de koning mij wel geloven, of zelfs maar te woord willen staan. Een koksmaat en dan ook nog uit West-Sijdarap?"
"Geloof in jezelf jonge man. Jij bent het, die een verschil kan maken voor deze wereld. Anders was je niet hier. Wanneer je niet in jezelf gelooft, zal iemand anders het ook niet doen. Ga nu en breng je boodschap over. Dan heb jij je plicht gedaan. Wat anderen vervolgens met die wetenschap doen, is niet jouw verantwoordelijkheid."
"Dank u wel, uh… wie en vooral wat bent u?"
"Ik ben het Monster van het Meer Minos. Kortweg Mdrie genoemd." Gelijk dook hij onder en er waren alleen nog maar een paar rimpeltjes in het water te zien.
"Nou zeg", mompelde Sanoj in zichzelf. "Nu een monster en daarnet buitenaardsen."
Hij merkte dat hij nu het woord ‘buitenaardsen’ zonder pijn kon uitspreken. Het water uit het meer had het goedje van Ilé zeker weggespoeld.
Nog wat bibberig in de benen vervolgde Sanoj zijn weg.
In de verte zag hij twee mensen staan. Zou hij het wagen hen de weg te vragen, of zou er dan weer iets gebeuren, wat hem van zijn doel af zou houden? Hij dacht aan het wijze monster en oefende zijn vriendelijkste glimlach. Zowel de buitenaardsen alsook het monster hadden hem angst aangejaagd, uiteindelijk hadden ze hem toch heel goed geholpen.
Naderbij gekomen, kon Sanoj zien dat de twee personen een man en een vrouw waren, die geconcentreerd een tekening bestudeerden en daarna naar het kale stuk land voor hen keken.