Wolken van groene rook drijven de lucht in.
En het zijn niet alleen wolken groene rook.
Door de knal is Bard los gekomen uit het slijm en vliegt ook hij door de lucht.
Schaterend van het lachen staan Roos en Tup achter de wilgenboom.
Dikke tranen lopen over hun wangen.
Ze komen niet meer bij.
Bard leek net een kurk die uit een fles geschoten werd.
Hij hangt ondersteboven aan een van de onderste takken van de boom.
Tup en Roos vegen de tranen van hun wangen.
Als de rook een beetje is weggetrokken, helpen ze Bard om te gaan staan.
Hij zit helemaal onder het groene slijm.