Zeker een aanrader! Dit boek heeft mijn verwachtingen ruimschoots overtroffen!
Samenvatting
Het is velen misschien ontgaan, maar de roemruchte keizer Frederik II von Hohenstaufen (1194 – 1250) is weer terug. De voorspelling dat hij zou ontwaken in de laatste der dagen kwam uit. Hij werd wakker door een nucleaire nachtmerrie. Frederik wil weer keizer worden, maar vindt Putin en Trump op zijn pad. Net als heel veel mensen voelt hij instinctief dat zij geen gewone leiders zijn. De wereld is onrustig door onder andere het Midden – Oostenconflict in zijn vele facetten. De rust daar is steeds tijdelijk en altijd bedrieglijk. En daarnaast: hoe zit het met Amerika en China? Gunnen zij elkaar de ruimte? Wat gebeurt er met onze mooie blauwe planeet en haar ongekende mogelijkheden? Stevenen we af op een nieuw begin of een definitief einde?
Dit uiterst actuele boek dwingt tot nadenken en provoceert discussie, temeer omdat keizer Frederik zijn opvattingen luchtig en humoristisch heeft gedicteerd op zijn geliefde, maar immer raadselachtige Castel del Monte.
Dit uiterst actuele boek dwingt tot nadenken en provoceert discussie, temeer omdat keizer Frederik zijn opvattingen luchtig en humoristisch heeft gedicteerd op zijn geliefde, maar immer raadselachtige Castel del Monte.
Over de auteur
Hendrik Oudman (1953), jurist en historicus, raakte tijdens zijn studieperiode geboeid door Frederik II von Hohenstaufen. Jaren later bezocht hij het beroemde achtkantige Castel del Monte bij Bari. Weer jaren later kreeg de auteur nachten achtereen dezelfde droom van aanstormende paddenstoelenwolken.
Net als Frederik heeft Oudman een grote belangstelling voor alles op deze wereld en daarbuiten. Ze vormen de ingrediënten voor dit boek.
Net als Frederik heeft Oudman een grote belangstelling voor alles op deze wereld en daarbuiten. Ze vormen de ingrediënten voor dit boek.
Productinformatie
- ISBN
- 9789402241204 / 978-94-022-4120-4
- Uitgeverij
- Boekscout
- Verschijning
- 01-12-2017
- Taal
- Nederlands
- Genre
- Romans
- Uitvoering
- Paperback
- Pagina's
- 198
- Formaat
- 16 x 24 cm
- Illustraties
- Nee
Inkijk
Ik zat op het dakterras, om precies te zijn bij de noordelijke toren van mijn geliefde Castel del Monte. Het was nacht en drukkend warm. Afgezien van de maan en sterren: een heldere, gitzwarte hemel. De maansikkel, ongewoon groot, had even boven de horizon gestaan, maar had nu alle ruimte gegeven aan de sterren, die met ontelbare schitterden. Verder: complete stilte, afgezien van het getsjirp van krekels. Geen zuchtje wind. Ik keek naar de sterren. Ik zag een gezicht. Het was van een oude man met lang blond haar tot in de nek. Hij sprak luid en heftig, alsof de hele wereld van hem was. Het had iets magisch. Hij had rare kleren aan: een zwart jasje en een lange zwarte broek en daaronder een wit hemd met een rode, smalle doek om zijn hals. Er was nog een andere man. Ook in zulke rare kleren. Ook in het zwart. Deze persoon had een kaal hoofd. Niet zo luidruchtig, eerder een onderdanig type. Maar ik kan mij vergissen. Beide personen waren koningen over een groot rijk. Zij waren vrienden, en toch niet. En er kwam een derde man bij de twee anderen staan. Hij had geen blanke, maar een gele huidskleur. Deze koning sprak zacht en met toegeknepen ogen. Hij was net als de twee anderen ook in het zwart gehuld. Daarna zag ik een grote, vieze, bruine bol met een paar blauwe plekjes. Aan de rechterkant van die bol stond de sikkel van de wassende maan. Bloedrood. Aan de linkerkant van die bol de sikkel van de afnemende maan. Ook bloedrood. Daartussen een rossige komeet met iets wat op een drakenstaart leek. Heel in de verte schitterde in een volslagen lege hemel een grote ster. Wat ik zag, verdween. Complete duisternis.