Samenvatting
Rare gewoontes, geen ruimte voor verandering, weinig tot geen sociaal contact. Zo kijkt de maatschappij naar mensen met autisme. Maar hoe zien mensen met autisme de maatschappij? In Een andere Kijk op de wereld beschrijft Rob Versteegt - zelf gediagnostiseerd met het syndroom van Asperger - op humoristische, kritische en pijnlijk eerlijke wijze hoe hij zichzelf en de wereld om zich heen ziet. Dagelijkse activiteiten als boodschappen doen, met de trein reizen en een gesprek voeren, krijgen opeens een nieuwe dimensie wanneer ze gezien worden door de ogen van een autist. Maak kennis met deze andere Kijk op de wereld!
Over de auteur
"Ik ben geboren in 1983, maar pas in 2000 hoorde ik voor het eerst over 'autisme'. Mijn jongere broer kreeg de diagnose, daarna mijn vader en ikzelf was als laatste aan de beurt. Asperger: het verklaarde een hoop. Ik ging erover schrijven om mezelf beter te begrijpen. Dit hielp: ik kon mijn ervaringen aanwenden om kinderen met leer- en gedragsproblemen te begeleiden. Uiteindelijk besloot ik om mijn ervaringen in een boek te zetten."
Inkijk
Het werd drukker in de eetgelegenheid, maar niemand kwam verder tegenover mij op de bank zitten, dus ik zat betrekkelijk rustig in "mijn" hoekje. Ik kon de muzikanten nu niet zien omdat er nogal wat mensen voor stonden om te kijken. Ergens raakte ik daar geïrriteerd over, maar aan de andere kant realiseerde ik me dat als ik hen niet kon zien, zij mij ook niet konden zien. Ik kon dus gewoon luisteren naar de muziek zonder dat ik me zorgen hoefde te maken over of ik ze wel genoeg aandacht gaf. Toch moest ik goed opletten, want soms bewogen de mensen en kon ik de muzikanten toch een stukje zien. Dan zouden zij mij ook een stukje kunnen zien, dus moest ik er wel voor zorgen dat ik naar ze keek. Maar ook weer niet te aandachtig, want dat zou gek zijn, nietwaar? Af en toe moest ik ook interesse tonen in mijn drankje en mijn tosti, anders zouden ze zich maar afvragen waarom ik mijn tosti koud zou laten worden. Misschien zouden ze wel denken dat ik zo'n gestoorde fan was die alles erg goed vindt. Een groupie. Dat ben ik natuurlijk niet. Tja, het bleef goed opletten. Het was belangrijk dat ze zouden kunnen zien dat ik goed luisterde en dat ik de muziek leuk vond. Dat deed ik door met mijn voet op het ritme te bewegen. Dat ging eigenlijk vanzelf, maar ik lette er wel op. Het moest niet te overdreven zijn, namelijk.