Filippa De verkrachting

Als de gescheiden Yvonne Kuypers, die samen met haar dochter Filippa in een kleine boerderij op het Zeeuwse land woont, op een dag thuis komt, betrapt ze haar vriend Gijs Labruyere met zijn broek op zijn enkels. Filippa die door de poging tot verkrachting en doodsbedreigingen op de vlucht slaat, komt in Antwerpen voor verbazingwekkende ontdekkingen te staan. Ze weet zich gesteund door haar familie en hoofdinspecteur Emiel Somers van de Antwerpse recherche, maar het is uiteindelijk een vrouw die haar verder helpt met haar leven.

"Ik (1945) kom uit het Zeeuwse Middelburg en heb enkele jaren in de stad Antwerpen gewoond en gewerkt. Het schrijven van boeken was al heel lang een gekoesterde wens en is uiteindelijk een originele creatie geworden. Inmiddels werk ik aan mijn tweede boek."

Angstig als ze was, had ze zich teruggetrokken op haar eigen kamer en wachtte gespannen af of hij naar boven zou komen. Ze was als de dood voor hem, dus had ze haar slaapkamerdeur afgesloten en snel haar stoel ervoor geschoven, net onder de deurknop. Als hij dat zou ontdekken, zou hij volgens haar helemaal door het lint gaan, tegen de deur gaan beuken en een ravage aan gaan richten. Ze was doodsbenauwd en zat te rillen in een hoekje van haar kamer.
Ze voelde aan haar pijnlijke hoofd en toen ze met haar vingers door haar donkerbruine lokken wreef, deden haar haarwortels nog pijn. Ook veegde ze met haar hand langs haar neus, voelde ze het opgedroogde bloed en probeerde het met haar natgemaakte vinger eraf te wrijven. Zachtjes begon ze te huilen en trok haar rok zo ver mogelijk over haar knieën naar beneden, ze had het van alle ellende koud gekregen.
Hij moest met z'n poten van haar afblijven, ze had hem dat beneden toegeschreeuwd maar had daar direct de vruchten van moeten plukken. Hij had haar hard een mep met z'n blote hand op haar gezicht gegeven, zodat ze haar evenwicht verloren en gevallen was. Hij had haar vervolgens aan de haren naar de bank meegesleurd. Hij had wild haar maillot en daarmee ook haar onderbroek uitgetrokken, haar constant bedreigd en op het punt gestaan haar te verkrachten. Hij was totaal buiten zinnen geweest en had zich oppermachtig gevoeld.
Haar moeder was gelukkig net op tijd binnengekomen en had hem met een hard voorwerp op z'n hoofd geslagen. Hij was daardoor even versuft geraakt maar was haar moeder, die lerares lichamelijke oefening was, vervolgens achterna gerend. Ze had zich niet door hem laten pakken, ze was veel slimmer en sneller geweest en hij had het uiteindelijk op moeten geven.