Wat een fantastisch verhaal!
Moest t soms even wegleggen zo spannend!!
Als Esmee uit haar coma ontwaakt, blijkt haar leven een leugen te zijn. Het verplegend personeel is, op zijn zachtst gezegd, vreemd, het zoute dieet smerig en pogingen haar kamer te verlaten worden niet op prijs gesteld. Ze kan zich amper iets herinneren en haar vragen worden ontweken. Ze wordt door Broïn uit het ziekenhuis ontvoerd. Danitsja, een oude, Russische vrouw, vertelt dat ze een zeer krachtige wicca is, die de wereld in gevaar zal brengen. Esmee moet naar de schaduwwereld reizen om de vier elementen van de Zodiak, die verwoestende krachten bevatten, te vernietigen. Het wezen Grendel verleent Esmee toegang tot deze gevaarlijke schemerwereld, waar ze de meest vreemde en gevaarlijke creaturen ontmoet. Maar zijn de intenties van haar pasverworven vrienden wel zo goed?
Arno Kleinekoort (1968) begon in 2005 met schrijven en heeft zich in de loop der jaren gespecialiseerd in het schrijven van jeugdboeken, zowel fictie als non-fictie. Zijn verhalen brengen je letterlijk van dieptepunten, zoals de zoektocht naar het verloren land Atlantis, of de reis door de onderwereld, naar hoogtepunten, zoals de tijdreizen naar het verleden en naar de uithoeken van het universum. Met zijn visualiserende schrijfstijl, die hij zich eigen heeft gemaakt, kan je je goed identificeren met de personages. Zo lees je niet alleen zijn verhalen, maar beleef je ze ook.
De ruimte zag er kaal en klinisch uit, als een koelcel in een slachthuis. De felle tl-verlichting prikte in haar ogen. Ze kon zich niet oprichten en het lichtgele gordijn, dat haar omsloot, had haar zicht tot een aantal meters beperkt. Alleen silhouetten… silhouetten en geluiden op de achtergrond. De angst drong langzaam tot haar door. De onwetendheid vrat aan haar. Liep ze gevaar? Was ze overgeleverd aan gevaarlijke gekken? Waar was ze? Een lichte paniek maakte zich meester van haar. De kermende geluiden uit haar keel zorgden voor beroering. Opnieuw omklemde een hand haar jukbeen. Het felle licht vernauwde de pupil en deed haar lichaam verstarren. Haar belager verschool zich in de schaduw, vanachter het scherpe schijnsel. Ze probeerde te ontwaren wie het was, maar voor ze goed en wel de felle lichtvlekken had weggeknipperd, was de man alweer verdwenen. Haar ademhaling werd onregelmatiger, haperde nerveus en sloeg om naar een vorm van hyperventilatie. Ondanks de pijn schokte haar lichaam. De drang om uit haar ketenen te ontsnappen nam de overhand. Voetstappen naderden snel en meerdere personen omringden haar. De groene mondkappen en haarnetten belette haar een goed beeld van haar belagers. Handen beroerden haar lichaam, drukten het stil tegen het matras en sussende woorden klonken. Haar ogen waren nu wijd opengesperd en straalden pure angst uit. Een traan vloeide langs haar slaap het oor in. Bij elke inademing voelde ze de druk in haar longen en de uitstralende pijn die het teweegbracht. Ze richtte haar aandacht op de personen om haar heen. Een warme gloed trok door de ader in haar hand, waardoor haar verzet werd gebroken. Ze kreeg haar ademhaling weer langzaam onder controle. Haar lichaam ontspande en ze zakte opnieuw in een diepe slaap.
Als John Ravensteyn op zijn achttiende verjaardag een uitnodiging ontvangt van het notariaat, vertrekt hij na tien jaar afwezigheid weer terug naar zijn geboortestad. Hij negeert de waarschuwingen voor het naderende gevaar en bij aankomst wordt John meteen geconfronteerd met zijn verleden, waar meerdere inwoners meer dan geïnteresseerd in schijnen te zijn. Al jarenlang wordt de stad in zijn greep gehouden door mysterieuze ontvoeringen. Na een heftige confrontatie met een geobsedeerde politiecommissaris, besluit John alles tot de bodem uit te zoeken, maar ontdekt al snel dat hij in een web van leugens en misleiding gevangen zit. Alle sporen lijken te leiden naar het oude landhuis, maar als er een zwaargewonde en zelfs een dode valt, beseft John dat er een levensgevaarlijk spel wordt gespeeld.