Rats, kuch en elektronen
Memoires uit een militaire loopbaan tegen achtergrond van Koude Oorlog

De auteur beschrijft in dit boek op gedetailleerde wijze zijn eerste levensjaren met de Tweede Wereldoorlog als achtergrond. In het boek beschrijft hij zijn betrokkenheid bij de voorbereiding van de landsverdediging tijdens de Koude Oorlog. Met zaken die in die tijd dikwijls als ‘geheim’ waren geclassificeerd, gunt hij de lezer een blik achter de schermen van de verdedigingsvoorbereiding in die periode. In de jaren zeventig is hij enige jaren werkzaam in de sector opleidingen. Op humoristische wijze beschrijft hij zijn functie bij de opleidingseenheid in Ede in een nog feodale bestuursstructuur. Kortom een boek met een blik achter de schermen van een rijk en geschakeerd leven als (oud-)beroepsmilitair.

R. H. Rijntalder (1939) was als beroepsofficier bij de Koninklijke Landmacht vele jaren werkzaam op het gebied van communicatiesystemen en informatievoorziening voor de krijgsmacht en de civiele verdediging.
In die hoedanigheid was hij nauw betrokken bij vele projecten, voornamelijk voor de NAVO, de Koninklijke Luchtmacht en de Koninklijke Marine. Na zijn dienstverlating in 1994 was hij nog vele jaren actief voor defensie, onder meer als medeorganisator van manifestaties voor de krijgsmacht en het bedrijfsleven. Van 2001 tot 2008 was hij betrokken bij de jaarlijkse activiteiten op 5 mei in Wageningen.

Eerste levensjaren

De ontstane crisis na de grote beurskrach in 1929 in de Verenigde Staten hebben ook grote gevolgen voor Europa. Armoede, grote werkeloosheid, de opkomst van het Nationaal Socialisme en de Jodenhaat domineren de jaren dertig.

De jeugd en de adolescentieperiode van mijn ouders spelen zich grotendeels af in de jaren twintig en de crisisjaren dertig, een periode van grote economische terugval en een toenemende dreiging van opnieuw oorlogsgeweld in Europa. Op 20 mei 1938 treden mijn ouders, Lourens Rijntalder en Cornelia Hooft in het huwelijk en vestigen zich in Soest. Van woningnood was in die tijd nog geen sprake en voor het huren van een vrijstaande woning was een ruim aanbod beschikbaar.

Mijn moeder kwam uit een arm arbeidersgezin van twaalf kinderen, geboren en getogen in een klein arbeidershuisje in de omgeving van het vliegveld Soesterberg. Vader was grootgebracht in een pleeggezin in Amsterdam, hij verloor zijn ouders al op jonge leeftijd. In de jaren dertig was mijn vader werkzaam bij de toenmalige radiodistributie, die in die periode veelal in particuliere handen was. In Soest was de exploitatie in handen van de firma H. Steenhuysen en Co, gevestigd aan de Julianalaan.

De Radiodistributie was een nutsvoorziening voor het doorgeven van een beperkt aantal radioprogramma’s via een kabel. Voordeel was dat men niet zelf over een radiotoestel hoefde te beschikken en bovendien had de abonnee een ongestoorde ontvangst en een goede geluidskwaliteit. De radiodistributie, na de oorlog meestal aangeduid met de benaming draadomroep vanwege de beladen term ‘distributie’, was in feite een voorloper van de latere kabeltelevisie en de netwerken voor kabelinternet.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog verbood de Duitse bezetter het bezit van radio’s, zodat het moeilijker werd radiozenders van de geallieerden te ontvangen zoals Radio Oranje. De Duitsers bepaalden in 1943 ook dat particuliere radiodistributienetten werden ondergebracht bij het toenmalige Staatsbedrijf der PTT. Ook na afloop van de oorlog bleef dit monopolie in stand. Het was deze ontwikkeling die ervoor zorgde dat mijn vader na de oorlog als ambtenaar bij de PTT werkzaam was bij de toen geheten Draadomroep.

Tijdens een boekpresentatie voor genodigden op 24 september zal de auteur een exemplaar van het boek aanbieden aan de commandant van het Regiment Verbindingstroepen.