Memoires van een Postbode
Autobiografie van de eerste postbode van Lelystad
- Auteur
-
Nico van Mierlo
- Uitvoering
- Paperback
- Genre
- Biografieën
- Reviews
- 5,0 / 5 (2 reviews )
- Prijs
- € 17 ,99
- Verzending
- Gratis verzending in Nederland en België
- Levertijd
-
Twee tot vijf werkdagen vanaf publicatie
(Nederland en België) (Past door brievenbus)
Samenvatting
In de vroege ochtend van 1963 rijdt Nico van Mierlo met zijn postauto volgeladen van Kampen naar Dronten, om van daaruit de nog jonge Flevopolder van Post te voorzien.
In 1967 kreeg Lelystad haar eerste inwoners en een van hen was Nico van Mierlo de eerste postbode van deze nieuwe stad .Als ambtenaar van PTT Post was hij, naast besteller en loketbeambte, vooral een vraagbaak voor de nieuwkomers. In zijn functie als zodanig zowel achter zijn postkar als op de auto heeft hij veel meegemaakt. Leuke dingen, maar ook minder leuke.Bij velen was hij bekend en vertrouwd, niet alleen in de stad maar ook bij de plattelandsgemeenschap in Oostelijk Flevoland.
In dit boek heeft hij als polderpionier zijn belevenissen opgetekend.
Over de auteur
Van daaruit is hij in 1963 als besteller chauffeur beland in Dronten om daarna door te stromen naar de nieuwe stad Lelystad, toen nog Openbaar Lichaam Zuidelijke IJsselmeerpolders. Tot en met zijn pensioen heeft hij zijn belevenissen opgeschreven.
Productinformatie
- ISBN
- 9789464037951 / 978-94-640-3795-1
- Uitgeverij
- Boekscout
- Verschijning
- 27-11-2020
- Taal
- Nederlands
- Genre
- Biografieën
- Uitvoering
- Paperback
- Pagina's
- 98
- Formaat
- 16 x 24 cm
- Illustraties
- Ja
Inkijk
Voordat je verder ging met je route, moest ook nog even de brievenbus geleegd worden. Dat gebeurde trouwens ook in Ketelhaven en in de dorpen Swifterbant en Biddinghuizen.
Vanaf Lelystad Haven liep de Oostvaardersdijk richting Amsterdam, met aan beide zijden water, tot aan het gemaal Block van Kuffeler. Daar stonden een stuk of zes woningen en weer een kantine. Je mocht alleen de dijk op als je een pasje had. Aan het begin van die Oostvaardersdijk, bij de aansluiting op de Knardijk, was een benzinepomp gevestigd. Daar werd een slagboom bediend, zodat je toegang tot de dijk kon krijgen.
De Oostvaardersdijk werd bevolkt door duizenden meeuwen die daar neerstreken, omdat verkeer haast niet voorkwam. Als je dan met een rode postwagen de dijk op reed, kwam met je met een witte wagen terug. Wit van de uitwerpselen van de meeuwen.
Dus eerst auto wassen geblazen. Wat kon dat stinken en wat was dat moeilijk schoon te krijgen. Het was langs die dijk bij een gemarkeerde paal, waar Defensie bezig was met het bergen van een vliegtuigwrak uit de tweede wereldoorlog. Met metalen palen en schermen was een stuk water droog gepompt zodat men het wrak kon gaan bergen. Een bijzonder stuk werk en de berging heeft zeker enkele maanden geduurd. Nieuwsgierig als ik was, gebruikte ik deze plek graag om te pauzeren en mijn lunch te nuttigen. Zodoende kon ik op de voet volgen wat allemaal uit de voormalige Zuiderzee tevoorschijn kwam. Van propeller tot stukken motor toe en zelfs nog in zeer goede staat. De overblijfselen waren als het ware gebalsemd door de modder. Het verhaal doet de ronde, dat zelfs de fotocamera nog in een zodanig goede staat was, dat de film ontwikkeld kon worden. Sterker nog, door de gevonden gegevens uit het wrak, konden nabestaanden van de bemanning alsnog worden opgespoord. Nu nog steeds liggen diverse vliegtuigwrakken op de bodem van de drooggelegde polder.