Dit boekdeel eindigt met ‘De duik in de subnatuur’ als begin van de technocratie. Hierin zijn we nu verstrengeld geraakt en behoren een opwaartse sprong richting het licht te maken. De geschiedenis toont hoe de mensheid in de tentakels van het aardse denken terechtkwam. Terwijl de geldadel in opmars kwam vertoefde de ontstane arbeidersbeweging in duisternis. Een terugwaartse blik stuit op de opkomst van een wereldmacht ten koste van de burgerbeweging. We zien naties ontstaan met een centralistische machtsstructuur, de verkwanseling van de ware intenties van Europa en de in de loop der eeuwen ontstane Europese bevolkingsgroepen met hun roep naar vrijheid. Welke rol speelt het beeld van de leeuw in onze cultuur? We ontdekken dat de mensengemeenschappen evolueerden middels diverse bewustzijnsniveaus en de bovenwereld hier nog altijd een vitale rol in speelt. De mensheid beleefde zichzelf heel anders ten tijde van het Romeinse Rijk en het tribale Europa.
Van loeiend tot rollend geld
De oude Grieken en de Romeinen betaalden met runderen, die een grote waarde vertegenwoordigden met hun trekkracht, melk- en mestgift, huid en vlees. Kortom een diersoort welke dichtbij de mens wonend zichzelf schenkend de welvaart bijstond. Het Latijnse woord voor vee is pecus en als pecunia betekende het geld.
Het muntgeld deed zijn intrede 450 jaar voor Christus. In de ruilhandel werden gelijkwaardige goederen uitgewisseld. Nu werd er voor het eerst muntgeld aangeboden als teken van dankbetuiging voor de ontvangen goederen. Het contante geld was eigenlijk een schijnproduct dat een schakel vormde tussen de koper en de verkoper. De ontwikkelde maatschappelijke orde van de Romeinen gaf middels het aanbieden van het geld de zeggenschap over de gedane arbeid van een product. De schijnwaarde van het geld bleek al gauw uit de meerwaarde die het gekochte product bevatte tegenover de kleine hoeveelheid zilver, koper of zelfs
tin die uiteindelijk in de munten werden verwerkt. De overhandiging van het geld geeft het recht op het product waarin de handeling in feite de werkelijke waarde vertegenwoordigt. De handelingen maken dat geld rolt. En opgepot geld heeft in feite geen actieve economische zin.
Gerrit Impens (1959) is al veertig jaar onderweg met Moeder Aarde in de ecologische landbouw en voeding in Europese landen en India. Zijn kindertijd en jeugdjaren bracht hij door in het Zeeuws-Vlaamse Sas van Gent. Hij is opgeleid als personeelswerker, maar wenste algauw ook zijn voeten op de aarde te hebben. Daarop liet hij zich omscholen tot ontwikkelingswerker voor de tropen, met biodynamische landbouw als zijn gereedschap. Sociaal werk en landbouw werden de twee snaren op zijn viool om te bespelen. Dat kan als je met name door het leven gaat als zorgboer.
|