Samenvatting
Op De Stelt vraagt men zich af of de jonge Dirck Jan de pest in Nimwegen overleefd heeft. Men heeft op De Stelt te maken gehad met brand en een overlijden. Gerben krijgt bijzonder nieuws te verwerken, waarbij een kostbaar crucifix een belangrijke rol speelt. Vrouwe Adelheid behartigt vanuit het Jachtslot het beheer van De Stelt en haar belangen in De Duffelt. Wat is de rol van kerk en overheid in de ontvoeringszaak van Mathilde? Vindt Ludwig het antwoord hierop? Nieuwe liefdes bloeien op in De Duffelt en op De Stelt, maar krijgen zij ook tijd van leven en beleven?
Over de auteur
"Ik ben vele jaren werkzaam geweest in het onderwijs. Daar kreeg ik bekendheid door mijn vertelkunst. Dat heeft geleid tot het schrijven van meerdere kinderboeken, waarvan er één deels in feuilleton in Canada verschenen is. In mijn romans stel ik feitelijk en fictief de mens centraal in de context van hun tijd. Na Weg van De Stelt en Morgen aan de horizon wordt met Een edel slotakkoord de trilogie van De Erfdochters voltooid."
Inkijk
-Laat ze maar denken, ik ga een ‘Alterheim’ stichten. Ik ga de kerk een voorstel doen –
Vrouwe Adelheid zette zich aan haar schrijftafel en begon te rekenen. Als ik nu eens…
Twee huisjes waren naast elkaar gelegen, allebei te koop, had de kapelaan verteld. Het andere lag op een hoek aan dezelfde straat. Jammer, dat ze niet alle drie naast elkaar lagen, maar goed. Ze noteerde haar ideeën, de kostenberekening erachter en de voorwaarden waaronder zij in zee wilde gaan met de kerk. Ze zaten krap had de kapelaan aangegeven. Er zou dus te onderhandelen zijn. Zo werkte vrouwe Adelheid op het Jachtslot verder aan haar plan: Een Alterheim voor arme weduwen in Sondbeck.
Toen ze klaar was met haar berekeningen, stond ze op en liep naar de schouw. Daarboven hing het schilderij van De Stelt van Joseph Maelwel uit Nimwegen, geschilderd vlak voor de dijkdoorbraak. Haar gedachten gingen terug naar het Rivierenland. Beetje bij beetje was hun domein gegroeid. Door zuinigheid en vlijt en nooit door geweld, bedacht ze verbaasd. En nu bracht het genoeg op., samen met de opbrengsten van de steenovens in De Duffelt. Anderen zeiden wel eens tegen haar: "Leef er toch naar! Geniet toch, Adelheid!"
"Dat doe ik ook, meer dan jullie denken. Ik geniet van andere dingen", was dan haar antwoord. Je zag ze denken: Die Adelheid is veel te goed!
Ze keek omhoog en mompelde:
"Lieve Everard, ik hoor het je zeggen: Daar heb je Adelheid weer met haar ideeën. Als je denkt, dat je daar goed aan doet, wat let je?"
Ze wachtte op een reactie, maar er kwam niets.
Toen ze zijn gezicht voor de geest haalde, meende zij hem te zien knipogen.
Ze glimlachte en zei zachtjes: Dank je, mijn lief!